Wanneer je aan de slag gaat met hybride leeromgevingen (HLO’s), komt de vraag ‘hoe grootschalig?’ al snel in beeld. Gaat het om een HLO op het grensvlak van 1 school en 1 bedrijf? Of om meerdere scholen, bedrijven en andere organisaties in de regio, of overheen de grens?
Deze vragen gaan in essentie over het ontdekken van het grensvlak bij HLO’s. Als het ware het ‘bredere plaatje’ in beeld krijgen:
Door op een bredere manier naar HLO’s op te kijken, gaat het om een maatschappelijk vraagstuk dat gedeeld wordt tussen meerdere opleidingsinstellingen, bedrijven en vaak ook beleid. Een dergelijk leerecosysteem kan de verbinding tussen onderwijs en het werkveld versterken. Naast leerlingen/studenten kunnen zo vaak meerdere doelgroepen bereikt worden. Denk bijvoorbeeld aan werkzoekenden en werknemers voor om- en bijscholing. Bij ‘inspiratie’ delen we enkele uitgewerkte cases van dit ietwat abstracte idee van leerecosystemen.
Beperk je niet tot dat ene bedrijf of die ene school. Maar durf het bredere plaatje in de regio te bekijken en houd dat voor in je ontwerp.
[expert]
Leeromgevingen kunnen zich op verschillende manieren ontwikkelen: geleidelijker, vanuit bestaande structuren en lopende samenwerkingen, of radicaler en sprongsgewijs.
[expert]
We zagen verschillende bewegingen in het maken van bovenstaande afwegingen:
Het is waardevol om bij de eerste gesprekken deze overwegingen mee te nemen en bewust na te denken over de schaal, de breedte van de doelgroepen en de vraagstukken uit de regio. Wanneer er kleinschaliger gestart wordt met HLO’s, kan het helpend zijn om ‘toewerken naar een leerecosysteem’ als een soort horizon te houden bij het ontwerpen. Zo kan je investeringen in krachtige en up-to-date leeromgevingen en -middelen meer spreiden over verschillende betrokkenen en tot een groter bereik komen.
Verder zien experts ook een belangrijke rol weggelegd voor knooppunten tussen HLO’s (zie o.a. Zitter, 2021). Verschillende sectoren -zoals zorg, logistiek en energietransitie- staan onder druk en invloed van snelle maatschappelijke en technologische ontwikkelingen. Om daar gezamenlijk op in te spelen, kunnen knooppunten tussen HLO’s overheen sectoren krachtig werken. Bijvoorbeeld, samenwerkingen tussen secundair beroepsonderwijs/MBO én hoger beroepsonderwijs én het werkveld, waarin meerdere organisaties samen werken, leren en innoveren. Dit vraagt om grenzen durven overstijgen en om wendbaarheid van de (aankomende) professionals. Om het complexe samenspel van de omgeving en deze vraagstukken in dergelijke HLO’s in kaart te brengen, is het ‘co-design canvas’ een interessante tool (zie ‘inspiratie’).
Er kan een ontmoetingsplek ontstaan. Een brandpunt waar leerprocessen bij elkaar komen. Losse eindjes volstaan niet om massa te creëren.
[expert]
Het centrale vraagstuk is: Wat doen wij hier samen? Wat is het thema? En dat moet meer zijn dan een toevallige locatie.
[expert]
Last but not least: als het gaat over HLO’s organiseren rond vraagstukken uit de regio, horen we steeds meer over m eervoudige waardecreatie en missiegedreven omgevingen (Zitter, 2022). Kort gesteld gaat het hier over: wat willen wij samen doen? Wat is het thema en welke impact willen we hebben? Dit is een sterke sleutel tot krachtige HLO’s in grotere leerecosystemen. Als de gedeelde waardecreatie of missie bij een HLO niet goed zit, heeft ze minder kans op succes. Bij dit soort afwegingen komen dan ook vragen kijken die niet alleen op micro- of mesoniveau zitten, maar ook op macroniveau. Het gaat niet enkel om persoons- en productontwikkeling, maar ook om systeem- en kennisontwikkeling. Bij ‘inspiratie’ vind je hierover meer informatie rond aanpak en leidende vragen.