Eens hybride leeromgevingen (HLO) lopen, ligt de moeilijkheid in ze draaiend te houden. Bij het opstarten zijn er bruggenbouwers, enthousiaste early adopters en financiering. Maar dan…?
We zien dat om HLO’s aan te jagen, bruggenbouwers wel degelijk werken (zie ‘Afspraken’). Maar eens de HLO’s lopen (en de eventuele financiering wegvalt), vertrekken deze kartrekkers vaak. Hun werk zit erop. We zien vaak dat er heel wat expertise, draagvlak en ook energie samen met deze personen vertrekt. Dit betekent dat het van belang is om aan de voorkant de borging mee te nemen. Bijvoorbeeld door:
Na verloop van tijd wordt het taaier: kwartiermakers vertrekken naar een volgend innovatief initiatief, stakeholders haken af, het draagvlak kalft af en betrokkenen trekken zich weer terug op de eigen eilanden.
[expert]
Ook nadat de lintjes geknipt zijn, blijft er een belangrijke taak voor ons - de leidinggevenden – liggen. We moeten constant de koers helder houden: daar gaan we naartoe.
[leidinggevende onderwijs]
Ook in het verduurzamingsverhaal van HLO’s, hebben leidinggevenden een belangrijke rol te spelen. Ze moeten blijvend richting blijven geven en draagvlak behouden. Daarnaast moeten ze er over waken dat ze goed in contact blijven met elkaar en met hun personeel om vinger aan de pols te houden (bv. als leerkrachten/docenten minder fysiek op school zijn). Verschillende leidinggevenden geven aan dat ze regelmatig blijven stilstaan en evalueren hoe de HLO loopt en daar met het team kritisch naar kijken. Dit betekent ook blijven werken aan de gedragenheid in alle lagen van de bedrijven. We begrepen van verschillende organisaties, dat de HLO stilviel na het ‘knippen van de lintjes’ doordat bijvoorbeeld het bestuur HLO’s omarmt, maar de lagen eronder niet helemaal mee zijn. Dit geldt zowel voor de scholen als de bedrijven. Leidinggevenden uit scholen geven aan dat de HLO’s beter in stand gehouden kunnen worden, als de bedrijven ook expliciet blijven maken dat ze vragende partij zijn (‘samen sterker opleiden voor de sector’). Dit legt extra gewicht in de schaal voor leidinggevenden vanuit het onderwijs om het ganse team te blijven motiveren.
“Innovatieve leeromgevingen worden in eerste instantie vaak ‘stand alone’ ontwikkeld. Vervolgens verschuift het ontwerpvraagstuk naar het inbedden in bestaande structuren, opschalen en verduurzamen van leeromgevingen” (Zitter, 2021, p. 31). Eens de HLO (vlot) loopt, is vaak het volgende vraagstuk om naar de schaal te kijken. Verschillende HLO’s evolueren door naar een leerecosysteem. Ze breiden verder uit of voegen samen met andere HLO’s (zie ook ‘Leerecosystemen’). Verschillende HLO’s vertelden dat het vaak niet werkbaar blijft om 1-op-1 samen te werken tussen school en bedrijf, omwille van onder meer concurrentie, eenzijdige competentieverwerving, minder mogelijkheden tot roulatie. Een dergelijke (losse, enkelvoudige) leeromgeving kan wel een goede en veilige startpositie bieden.
Verduurzamen betekent ook dat je mee blijft bewegen, dat je kansen blijft zien en daarin door-ontwikkelt.
[leidinggevende bedrijf]
Constant blijven her-ijken met elkaar: Waarom doen we dit ook alweer? Waarom is dit van waarde?
[procesbegeleider]
Tot slot geven experts aan dat ‘meervoudige waardecreatie’ de sleutel is tot duurzame HLO’s (Zitter, 2021). Als de gedeelde waardecreatie of missie bij een HLO niet goed zit, heeft ze minder kans op succes (zie ‘Afspraken’). Bij dit soort afwegingen komen dan ook vragen kijken die niet alleen op micro- of mesoniveau zitten, maar ook op macroniveau. Kort gesteld: wat willen wij samen doen? Wat is het thema en welke impact willen we hebben? Niet enkel meervoudige, maar ook enkelvoudige waardecreatie is van tel. Bijvoorbeeld in woonzorgcentra: niet enkel de extra handjes, maar ook de ruimte die er komt om een praatje te maken; om niet 1 maar 3 bewoners tegelijkertijd te laten zwemmen; dat er ook bewoners mee kunnen koken doordat er leerlingen/studenten bij zijn. ‘Prettige luxe’ zonder dat de leerlingen/studenten volwaardige extra handjes worden. Het gaat om de maatschappelijke verantwoordelijkheid om mensen op te leiden en om meer dan de goodwill van het werkveld om dit te willen doen. Het gaat ook om durven kiezen voor een frisse blik in je bedrijf, handen en voeten geven aan ‘levenslang leren’, professionalisering van medewerkers en meer kwaliteitsvol werk.